Nederlands als tweede taal

Het leren van een nieuwe taal neemt gemiddeld genomen zo’n 5 jaar in beslag. Op de Taalschool leren we kinderen in 1 á 2 jaren de basis van de Nederlandse taal aan. Als kinderen van onze school doorstromen naar het reguliere onderwijs, hebben zij nog 3 á 4 jaar nodig om de Nederlandse taal helemaal eigen te maken.

Het aanleren van de Nederlandse taal doen wij met de methode Wereld vol Woorden (WvW). Hierbij wordt gewerkt met thema’s die als een soort van kapstok dienen om nieuwe woorden aan op te hangen. Iedere dag werken kinderen 1,5 uur met Wereld vol Woorden. Hierbij wordt de moederstaal als startpunt en ter ondersteuning gebruikt om de Nederlandse taal eigen te maken. Tijdens deze lessen wordt woordenschat aangeboden, maar ook wereldoriëntatie en de creatieve vakken.

Het aanbieden van nieuwe woorden gaat via het Viertakt-model. Dat bestaat uit 4 stappen:
Stap 1 voorbewerken: Leerlingen warm maken voor de nieuwe woorden.
Stap 2 semantiseren: Het verhaal vertellen waarin de woorden passen, nieuwe woorden zeven keer herhalen.
Stap 3 consolideren: De leerlingen gebruiken zelf de woorden, bijvoorbeeld met een spel.
Stap 4 controleren: De leraar controleert welke woorden de leerlingen beheersen en introduceert nieuwe woorden.

Om ervoor te zorgen dat onze leerlingen optimaal leren, hechten wij grote waarde aan een taalrijke leeromgeving. Wanneer je door onze school loopt zie je overal taal: in de vorm van posters, rijke thematafels, visueel ondersteunend materiaal. Door de visuele ondersteuning wordt de Nederlandse taal eerder eigen gemaakt.